Abstract
Een echtscheidingsconvenant heeft het karakter van een overeenkomst. Bij dit karakter sluit een rechter zich aan, wanneer een convenant ‘als opgenomen beschouwd’ wordt meegenomen in een echtscheidingsbeschikking. In het dictum van die echtscheidingsbeschikking wordt de echtscheiding uitgesproken en worden de getroffen regelingen zoals opgenomen in het aan de beschikking gehechte echtscheidingsconvenant en ouderschapsplan opgenomen in de beschikking. Met deze tekstuele inrichting van het dictum en de aanhechting van het convenant verkrijgen de verplichtingen uit het convenant executoriale kracht. Het Procesreglement Scheiding, art. 819 Rv en de rechtsleer in deze voorzien in een helder systeem. De vraag of die verplichtingen voldoende concreet zijn omschreven om ten uitvoer gelegd te kunnen worden, moet uit de bewoordingen van het (aangehechte) convenant worden beantwoord. Het komt daarmee aan op de inrichting en redactie van het convenant, of de verplichtingen daaruit executoriale kracht kunnen verkrijgen.
Original language | Dutch |
---|---|
Article number | 61 |
Pages (from-to) | 130-132 |
Number of pages | 3 |
Journal | EB Tijdschrift voor scheidingsrecht |
Volume | 2013 |
Issue number | 7/8 |
Publication status | Published - 2013 |