Abstract
Dit betreft een proefprocedure over de berekening van de gewijzigde (verhoogde) accijnstarieven met ingang van 1 april 2015. Op grond van artikel 36 van de Wet op de accijns (WA) is de Minister van Financiën bevoegd en gehouden om
jaarlijks de accijnstarieven te toetsen. Voldoet de hoogte van de tarieven niet aan de daarvoor gestelde voorwaarden, dan worden de tarieven voor het volgende kalenderjaar aangepast. Naast deze jaarlijkse tariefswijzigingen bestaat ook een
mogelijkheid om accijnstarieven (op een ander moment) te verhogen; de zogenaamde autonome tariefswijziging. Op 1 januari 2015 heeft een dergelijke autonome tariefsverhoging plaatsgevonden. De vraag die in sprongcassatie aan de Hoge Raad wordt voorgelegd is of de berekeningsmethodiek die ten grondslag heeft gelegen aan de verhoging van de accijnstarieven met ingang van 1 april 2015, een wettelijke grondslag heeft. De Hoge Raad oordeelt dat de wetswijzigingen weliswaar duidelijkheid ontberen, maar dat deze niet hebben geleid tot te hoog vastgestelde accijnstarieven.
jaarlijks de accijnstarieven te toetsen. Voldoet de hoogte van de tarieven niet aan de daarvoor gestelde voorwaarden, dan worden de tarieven voor het volgende kalenderjaar aangepast. Naast deze jaarlijkse tariefswijzigingen bestaat ook een
mogelijkheid om accijnstarieven (op een ander moment) te verhogen; de zogenaamde autonome tariefswijziging. Op 1 januari 2015 heeft een dergelijke autonome tariefsverhoging plaatsgevonden. De vraag die in sprongcassatie aan de Hoge Raad wordt voorgelegd is of de berekeningsmethodiek die ten grondslag heeft gelegen aan de verhoging van de accijnstarieven met ingang van 1 april 2015, een wettelijke grondslag heeft. De Hoge Raad oordeelt dat de wetswijzigingen weliswaar duidelijkheid ontberen, maar dat deze niet hebben geleid tot te hoog vastgestelde accijnstarieven.
Original language | Dutch |
---|---|
Article number | 129 |
Journal | Fiscaal Weekblad FED |
Volume | 2021 |
Issue number | 21 |
Publication status | Published - 14 Oct 2021 |
Court cases
Court | Hoge Raad der Nederlanden |
---|---|
Date of judgement | 16/07/21 |
ECLI ID | ECLI:NL:HR:2021:1155 |
Case number | 19/01964 |
Bibliographical note
JCDI:ADS294077:1Research programs
- SAI 2007-05 FA